En de volgende morgen ben ik al weer vroeg op pad want het is onzeker hoe ver ik vandaag moet lopen. Het kan 25 km zijn, maar ook 30, want misschien is er in het eerste dorp wel geen goede herberg. Het is vandaag 25 juli, de naamdag van de heilige Jacobus en in Santiago zijn vandaag grote feesten. In Galicie is het ook een officiele feestdag en alle winkels zijn dicht. Onderweg is het veel minder druk dan gisteren. De schoolklassen zijn grotendeels verdwenen en ook veel andere pelgrims zie ik niet meer. Waarschijnlijk zijn een aantal met de bus naar Santiago gegaan voor de feesten. Mij best, want het is wel zo rustig. Tot mijn geluk kom ik dezelfde Italiaan van gisteren weer tegen en samen spurten we over de Camino. Het grappige is, dat hij geen woord zegt. Als ik hem wat vraag antwoord hij wel, maar verder komt er niks uit. Ach, dat is weer eens wat anders; je kunt ook zwijgend goed lopen en blijkbaar heeft hij me niks te melden. Het lopen samen gaat in elk geval prima. We pakken om beurten de kop zodat niet steeds een iemand het zware werk hoeft te doen. Halverwege passeren we Melide, wat een mooi stadje moet zijn. Daar raken we elkaar ook prompt kwijt en ik pauzeer uitgebreid in een nogal duur uitziende bar, waar ze de lekkerste koffie schenken die ik tot nu toe heb gehad. Dan weer snel verder, want het stadje valt nogal tegen. Meteen buiten het dorp loop ik een hele lange jongen tegen het lijf, die we 's morgens al voorbij waren gegaan. Hij blijkt uit Berlijn te komen en een stuk van de Camino te lopen voor hij een half jaar met zijn vriendin in Cadiz gaat wonen en werken. Hij is kok en denkt daarom snel aan de slag te komen. Het is een aardige vent en het lopen gaat dan ook gemakkelijk, want hij heeft ook ongeveer hetzelfde tempo als ik. Hij loopt wel grotere etappes dan ik, want hij moet morgen al in Santiago zijn, om daar 's avonds de bus naar Cadiz te halen. In Arzua nemen we afscheid, want daar ga ik overnachten. Gelukkig vind ik snel een slaapplaats en op het centrale plein, waar het een drukte van belang is, tref ik Mike en Roelien en ook Frank, Evelien en Hendrik. We besluiten samen te gaan eten in het locale hotel. Dat is een schot in de roos, want het is echt prima eten. Veel maar ook heel lekker. Morgen is het al weer de een na laatste etappe. Geen lange dus ik kan het rustig aandoen. Ik moet niet vergeten dan Mike te feliciteren, want die is dan jarig. Nog even met Jack gebeld, want die vertrekt morgenvroeg ook naar Santiago om mij op te halen. Ook Erik heeft zich gemeld; die is al in Santiago met zijn gezin; ook om mij te verwelkomen daar. Dat vind ik echt superleuk!
Inderdaad vertrek ik de volgende morgen pas rond negen uur. In de bar waar ik wil ontbijten zijn Mike en Roelien net klaar met hun ontbijt. Kan ik mooi hun tafeltje overnemen. Daarna rustig van start. Vandaag lijkt het wel weer drukker, maar dat kan ook komen omdat ik zo laat ben. In elk geval kom ik behoorlijk vooruit, maar je rustplekken moet je strategisch kiezen, want anders sta je twintig minuten op je koffie te wachten. Tegen twaalven vind ik Roelien en Mike weer bij een barretje langs de weg en bestel ik een broodje. Door een opmerking van Roelien schiet me ineens te binnen dat Mike vandaag jarig is. Natuurlijk toch weer vergeten. Sukkel die ik ben. Daarna door naar O Pedrouzo, de laatste halteplaats voor Santiago. Het is een modern stadje waar weinig te beleven lijkt. Ik vind mijn hostal gelukkig snel; die had ik tevoren gereserveerd, omdat ik niet de kans wilde lopen om op de laatste dag te moeten zoeken. Dat blijkt overigens geheel niet nodig want er is volop keus. Nu heb ik gelukkig wel tijd om de was te doen zodat ik voor de komende dagen alles weer lekker schoon heb. Ik krijg een sms van Jack, dat hij inderdaad in Madrid is aangekomen en dat hij nu drie uur op zijn trein naar Santiago moet wachten. Heeft ie mooi tijd om wat te eten. Het is echt een raar idee, dat ik morgen in Santiago aankom en dat dan de hele Camino voorbij is. Het voelt heel onwerkelijk. Santiago is steeds een soort idee en een beeld geweest en nu ben ik er nog minder dan twintig kilometer vandaan. Ik ben heel erg benieuwd naar morgen en hoe het is om Jack en Erik te zien en alle andere mensen die ik onderweg ontmoet heb en die inmiddels zijn aangekomen. Het voelt niet echt emotioneel, maar wel onwerkelijk. Die vier maanden zijn omgevlogen en toch is het heel lang en ver.
Voordat ik ga eten loop ik nog even naar de kerk. Daar is een mis aan de gang in het Italiaans. Het meeste kan ik verstaan en er hangt een hele serene sfeer. Af en toe wordt er ook wat Pools gesproken en aan het einde zie ik mijn bekende priester Peter weer die ook bij de mis is geweest. Dit is de kans om hem te vragen, waarom hij zo actief kiest voor het priesterambt. Hij is heel duidelijk daarover. Hij is er van overtuigd dat dit zijn pad is en dat hij zijn leven als priester wil lijden, ondanks dat dit veel opofferingen kost. Er is voor hem eenvoudig geen andere weg mogelijk. Ik moet toegeven, dat hij me wat verbijsterd achterlaat.
Na het eten vanavond loop ik nog even een kroeg in. Het loopt helemaal vol met Spanjaarden die willen eten en drinken. De mensen hebben plezier en gaan gemakkelijk met elkaar om, ook als blijkt dat er minder mensen zijn dan plaatsen. Voor mij een mooi voorbeeld van een community.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten